zondag 4 augustus 2024

Bassford, God and the Problem of Logic (2.1)

God heeft een probleem: in zijn almacht wordt hij gedwarsboomd door de logische wetten (en dan bedoelen we met name dat hij de twee hoofdwetten van de logica, de wet van het uitgesloten derde [wud] en de wet van non-contradictie [wnc] niet mag schenden).

In de klassieke logica geldt de volgende afleiding: p & -p |- q. Deze q mag je willekeurig definiëren. De afleiding zegt dus: als je een contradictie kunt construeren (een zogenaamde 'ware' contradictie) dan is het hek van de dam en mag je willekeurig 'wat' geloven. Je kunt dan in je beschrijving van de wereld opnemen dat varkens kunnen vliegen of dat Einstein een kameel was. Deze afleiding is bekend onder de naam: ecq (uit een contradictie volgt 'alles').

Inmiddels beschikken we echter over veel verschillende logische systemen. Wat deze systemen kenmerkt is dat het ecq niet geldig is. Je kunt wel contradicties formuleren en je kunt met deze contradicties rekenen, zonder dat je gehele wereldbeeld aan duigen valt.

Een almachtige God stoot steeds zijn hoofd aan de klassieke logica. Filosofen waren er dan ook als de kippen bij om de gelovige te confronteren met deze problemen. Het beroemdste voorbeeld is de paradox van de steen: een almachtig wezen is niet in staat om een steen te scheppen die hij zelf niet kan tillen. Is hij daartoe wel in staat dan kan hij deze steen niet tillen. 

Feitelijk is 'de steen' niet één willekeurige paradox, maar een reeks paradoxen met structurele kenmerken (p.5ff). Bassford rekent 'de steen', op grond van een typologie van Nagasawa, tot de 'zuivere theologische paradoxen', omdat je bij de formulering van het probleem slechts premissen gebruikt met een klassieke theologische inhoud en een klassieke logische structuur (p.9).

Je hebt talloze varianten van deze paradox. De leukste vind ik deze: als God alles kan, dan kan hij een tweede almachtige god scheppen: Titan. Stel dat Titan en God nu gaan touwtrekken, dan kan Titan niet winnen van God maar God ook niet van Titan; voorts is het niet mogelijk dat beiden winnen of dat beiden niet winnen (p.37).

Je hebt twee manieren om de paradox van de steen 'op te lossen': je moet sleutelen aan de almacht van God (de thomistische traditie) of je moet sleutelen aan de klassieke logica (de cartesiaanse traditie). Vroeger was dit laatste natuurlijk ondenkbaar, maar tegenwoordig is het rekenen met paradoxen praktijk (p.50ff).

Bassford laat met formele dialetheïstische logica zien dat de paradoxen met betrekking tot de almacht van God geen probleem zijn voor zijn geloofwaardigheid. Als we moeten kiezen tussen de klassieke logica (de wetten mogen onder geen beding geschonden worden) en onze klassieke opvatting van god (cf Descartes: voor God is niets onmogelijk) dan staat het ons vrij om gods almacht boven de logica te stellen (merk op: het aanbrengen van een dergelijke rangorde is zelf, ironisch genoeg, een knieval voor de klassieke logica). Bassford laat zien hoe je met 'nieuwe logica' het probleem van de steen kunt oplossen.

Het probleem hierbij is dat ons verstand niet geschikt is om contradicties te begrijpen. Wij hebben voortdurend de neiging om onze menselijke vermogens te bezien als de maat voor de bouw van de werkelijkheid. Wat voor God mogelijk is, schijnt ons onmogelijk toe. Echter, dat is geheel in lijn met de ongelijke verhouding tussen god en mens: wij zijn immers (zeer) beperkt (logisch denken is een beperking). 

Bassford schrijft: "So, in saying that God can lift an unliftable stone, we can say with Descartes: "I say that I know this, not that I can conceive it or comprehend it", which is beyond our mental capacities. (...) Instead of locating any contradiction in God or in his power, we can locate it in ourselves, in our language about him or in our finite minds, which is theologically unobjectionable." (P.60)

Het voordeel van deze zienswijze is dat je in één keer alle puzzeltjes die het geloof in God moeten ondermijnen kwijt bent. 

Het betoog van Bassford is -dit is mijn mening- zeer plausibel. Immers, God is 'het gans andere', hij is Zelfstandig en éénvoudig (hij bestaat niet uit componenten): in zijn 'wereldbeeld' spelen paradoxen en contradicties daarom geen rol. Paradoxen en contradicties -logisch denken- spelen wel een rol in ons wereldbeeld, omdat wij lichamen hebben met een structuur en omdat wij uit onderdelen bestaan die met elkaar moeten samenwerken: dat dwingt ons om onze inzichten over de wereld logisch te ordenen.

Het boekje van Bassford is goed beargumenteerd. Je moet echter wel in staat zijn om symbolische logica te 'lezen'. Het betoog wordt in lange formele afleidingen weergegeven. Voor wie niet thuis is in deze manier van werken -analytische filosofie- kan de behandeling van het onderwerp 'taai' zijn. Toch denk ik dat het interessant is om van het boekje notitie te nemen als je in de gelegenheid bent. (Studenten kunnen het gratis inzien.)

Bassford, A.D., God and the Problem of Logic, Cambridge Elements, 2023.

7 opmerkingen:

Anoniem zei

Beste Jan Auke

Dat God een probleem zou hebben met logische wetten is voor een gelovige een blasfemie. Zo voel ik dat ook. Theologisch noemt men dat fideïsme.

Het staat de mens vrij om de logica boven Gods almacht te stellen of omgekeerd. Dat Bassford met formele dialetheïstische logica laat zien dat paradoxen met betrekking tot God geen probleem zijn, is interessant voor de logicus. Voor een gelovige is dat niet ter zake doende: voor hem zijn dat slechts gedachten en woorden.

Die gedachten sluiten niet aan bij de Godservaring. Of het nu een numineuze of mystieke godservaring is.

Waar de gelovige het wel met Bassford's betoog eens zal zijn is (zoals jij ook): God is 'het gans andere', hij is Zelfstandig en éénvoudig (hij bestaat niet uit componenten).

Voor dit woord "éénvoud" neem ik liever "holisme", aangezien God meestal begrepen wordt als de enige bron van het heel-AL. Het hol-istisch denken past als zodanig beter bij God dan het atom-istisch denken, maar beiden (..ismen) (=zijnden) (=objecten) schieten tekort. Ik ben het eens met jouw opmerking: "wij zijn immers (zeer) beperkt (logisch denken is een beperking)."

Voor mij is het logisch dat God contradictoir is.

Groet van JanD

Jan-Auke Riemersma zei

JanD, dan zijn alle middeleeuwse filosofen/theologen godslasterlijk. Vooral Thomas. Zelfs de kerk ziet het niet zo. Ook noem je dit in de theologie/filosofie geen fideïsme. Het verdient aanbeveling om je iets beter op de hoogte te stellen voordat je reageert. (In de theologie noemen we dit 'leken-gepraat' ; [grapje]) Maar in ernst: waarom reageren als je niet goed op de hoogte bent? -Voorts denk ik dat je opmerking over wat 'de' gelovige wel of niet belangrijk vindt nogal beperkt is. Ik zal niet bestrijden dat het sommige gelovigen niet uitmaakt of zijn/haar geloof logisch te verdedigen is; maar er zijn voldoende gelovigen die hoog opgeleid zijn en die dat wel een bezwaar vinden. Het lijkt wel alsof je hier de gelovige de wetten en het geloof van JanD wilt voorschrijven. Dat lijkt me geen goed idee.

RV zei

Kan God zowel helemaal bestaan en tevens helemaal niet bestaan? En kan God zelfmoord plegen?

Kan God zowel goed als slecht zijn? Volgens de theoloog Kuitert kan God ons maken en breken. Later viel Kuitert van zijn geloof. Al het spreken over Boven, zo beweerde hij, komt van onder, komt van ons. En wellicht ook grotendeels uit onze onderbuik.

Een fideïst, Jan, is rationeel gesproken een agnost maar emotioneel gunt hij God, of beter het emotionele godsidee, het voordeel van de twijfel. Een beroemde fideïst was Montaigne. Alle menselijke argumentaties, zo schreef hij, zijn ijdele speculaties en daarom kun je beter gewoon met je hart geloven. Vergelijk ook Pascal.

JanD zei

Jan Auke je schrijft: "dan zijn alle middeleeuwse filosofen/theologen godslasterlijk. Vooral Thomas. Zelfs de kerk ziet het niet zo." Daar ben ik me al erg lang van bewust. Je weet toch dat ik spreek uit gnostische ervaring en niet uit het "geloof" tenminste zoals dat begrepen wordt door de kerk en vele theologen en godsdienst filosofen. Ik kom op voor de religieuze ervaringsgelovige, los van het feit of die nu wel of niet in een of andere god geloven. Het gaat om de gevoelservaring; een 'niet-rationele kennis van het hart' en niet uitsluitend van "gedachten over".

Wanneer men spreekt over gelovigen die "hoog opgeleid zijn" ben ik extra op mijn hoede: meestal zijn zij het die het geloof kapot rationaliseren.
Het lijkt voor jou wel alsof ik hier de gelovige de wetten en het geloof van JanD wilt voorschrijven, maar dat is geenszins het geval. Ik sluit aan bij de vele subculturen in het westen en religies in het oosten. En die schrijven nu juist vaak geen geloofsdogma's voor zoals in de kerk.

https://plato.stanford.edu/entries/fideism/#1 vertaald met google en ingekort met "...." door JanD)
citaat: “Fideïsme"
De.. vraag naar de relatie tussen rede .....en geloof ...... werd gesteld door de kerkvader Tertullianus en blijft een centrale preoccupatie onder hedendaagse godsdienstfilosofen.
“Fideïsme” is de naam die wordt gegeven aan die denkrichting – waarvan Tertullianus zelf vaak wordt gezegd dat hij zich eraan heeft gecommitteerd – die antwoordt dat geloof in zekere zin onafhankelijk is van, of zelfs regelrecht vijandig staat tegenover, de rede.
einde citaat.

Vandaar dat ik in het verleden zo vaak gezegd heb dat het verstand deficiënt is aangaande absolute zaken, zoals God of Shiva of Tao of het paramatman of mulaprakriti of de monade: het zijn slechts woorden. Tao is-niet tao dat gezegd kan worden. Gevoelservaring is superieur.

Met erg vriendelijke groet van JanD

Jan-Auke Riemersma zei

JanD, fideisme heeft dus niets met blasfemie te maken. Fijn dat we dat misverstand uit de weg geruimd hebben. Voor de rest kan het me niet zoveel schelen welke vorm van geloof jij 'superieur' vindt. Er zijn nu eenmaal ook mensen die het geloof rationeel benaderen. Stoor je er maar niet aan, leer er mee leven.

JanD zei

Beste Jan Auke

Ik vind nu eenmaal dat de "ervaring" van de geur en kleur van een roos superieur is aan het woord: "roos". Het woord is slechts een verwijzing. Dat, als voorbeeld voor het woord: "god": het gaat om de ervaring zoals bijvoorbeeld Rudolf Otto zo mooi beschrijft in zijn boek: Het Heilige.
Het 'Mysterium Tremendum et Fascinans' van de Numineuze ervaring. Of de 'lege' mystieke ervaring zoals bij Meister Eckhart.
Overigens stoor ik me niet aan rationalisten hoor. Ik waardeer bijvoorbeeld jouw intentie om langs strikt logische redeneringen bij atheïsten duidelijk te maken dat 'eenvoudige' gelovigen niet in een bizar onbestaanbaar godsbeeld geloven.

Vriendelijke groet van JanD

p.s. maar het mysterie is toch niet te verwoorden.

RV zei

Aan JanD

Niets mis met de zogeheten qualia, bijvoorbeeld de eigen persoonlijke ervaring van de geur en kleur van een steur.

Ook qualia behoren onmiskenbaar tot onze concrete semantische netwerken in ons hoofd. Maar dat geldt ook voor gewone woorden zoals "aap", "noot" en "mies".

Wie het concrete denken en voelen van de mens wil bestuderen, dient uit te gaan van de volle rijkdom van onze semantische netwerken.

Semantiek. Ons denken en voelen is inhoudsrijk, heeft betekenis. Het concept "hond' betekent iets. En ook jouw gewaarwording van de geur en kleur van een steur heeft betekenis, namelijk een geur en een kleur en een vis.

:)