zondag 26 mei 2024

Op de punt van een naald

 Alles wat je ziet heeft bepaalde karakteristieken. Je kunt elk ding (elke toestand, elk fenomeen) beschouwen als een bundel eigenschappen.

We geloven dat deze eigenschappen 'in' een substantie zitten. De dingen in de wereld bestaan uit 'stof' plus 'eigenschappen'.

Eigenschappen zijn interessant (althans, voor de filosoof). Eigenschappen zijn namelijk universeel en 'enkelvoudig'. De eigenschap 'rood' heeft maar één eigenschap, namelijk 'rood' en geen andere eigenschappen. Rood heeft dus geen plaats, geen tijd, geen hoogte, breedte of diepte, geen gewicht. 

(Als filosofen over eigenschappen spreken gebruiken ze het suffix "-heid": als we naar de eigenschap 'rood' verwijzen moeten we eigenlijk zeggen: roodheid). 

Méér dan één karakteristiek kun je aan een eigenschap als 'roodheid' niet toeschrijven. Roodheid is roodheid en andere eigenschappen dan roodheid heeft roodheid niet. 

Hoe zit het dan echter met de eigenschap 'enkelvoudig' als we het over eigenschappen hebben? Elke eigenschap heeft deze eigenschap (anders is het geen eigenschap). De eigenschap 'roodheid' is dus niet echt enkelvoudig, want aan elke eigenschap kun je 'enkelvoudigheid' toeschrijven.

Roodheid is dus 'roodheid' + 'enkelvoudigheid'. We tellen hier twee eigenschappen!

Bovendien hebben eigenschappen ook nog andere eigenschappen: ze kunnen zich bundelen (dan zijn het dingen of wezens of toestanden of 'wat-dan-ook'). Bovendien kun je aan eigenschappen logische eigenschappen toeschrijven: roodheid is roodheid (als 'dit' roodheid is, dan is het 'roodheid'). De 'wet van identiteit' is zeker van toepassing op eigenschappen (anders kun je niet eens zinvol spreken over 'roodheid').  

Eigenschappen hebben dus altijd meerdere -dat is onmiskenbaar zo- eigenschappen. 

Ergo: ze zijn enkelvoudig en ze zijn niet enkelvoudig.

Ik zou deze contradictie als volgt willen oplossen: de ontologische eigenschap 'roodheid' is enkelvoudig, alle andere eigenschappen zijn conventioneel (dat wil zeggen: die schrijven wij -de mens- toe aan eigenschappen).

Hoe valt dit te verdedigen? Wel, eenvoudig: als eigenschappen enkelvoudig zijn -als roodheid niets dan roodheid is- dan hebben eigenschappen géén eigenschappen: het zijn eigenschappen. Maar het staat je vrij om eigenschappen aan eigenschappen toe te kennen. Als je zegt: roodheid is een eigenschap dus is roodheid enkelvoudig, dan zeg je eigenlijk: ik kan de eigenschap roodheid verenigen met de eigenschap enkelvoudigheid.

Eigenschappen kun je namelijk met elkaar 'verstrengelen'. De eigenschap stof (substantie) plus de eigenschap massa plus de eigenschap hout plus de eigenschap steel plus de eigenschap ijzer plus de eigenschap kop levert ons zoiets op als een hamer (een optelsom van eigenschappen kan zeer uitgebreid zijn).

Wat hebben we hier aan? Wel, eerstens het inzicht dat eigenschappen niet persé tot het fysische domein behoren. Omdat eigenschappen enkelvoudig zijn kun je hun bestaan qua eigenschap niet vaststellen. Roodheid heeft geen plaats tenzij verstrengeld met een plaats.

Tweedens worden sommige voorstellingen wat eenvoudiger te begrijpen. We kunnen de werkelijkheid namelijk beschouwen als een 'zee van [enkelvoudige] eigenschappen'. 

Het voordeel hiervan is dat je je beter kunt indenken dat de werkelijkheid -een 'ruimtelijk' domein in het niets, een 'kamer' in de leegte- kan bestaan: de ruimtetijd is niets anders dan één van de vele mogelijke constructies van eigenschappen. 

In een zee van eigenschappen is het bestaan van een eigenschappen die zich hebben gebundeld tot een 'heelal' geen wonder.

Erik Verlinde zegt in lezingen dat hij de oerknal vreemd vindt: hoe kan de ruimte-tijd en alles wat bestaat 'eens' in een 'singulariteit' hebben gezeten? Wel, eigenschappen zijn enkelvoudig: ze nemen qua eigenschap geen plaats in. Je kunt ze dus gemakkelijk presenteren in één 'punt'.

(Houd me ten goede: ik schrijf het bovenstaande als een speelse oefening. Ik heb zelf geen idee wat ik er van moet denken. Wellicht is de redenering ook alles behalve foutloos. Ik weet daarom niet of ik deze post zal laten staan).

20 opmerkingen:

RV zei

:)

Laat ik beginnen met een smiley.

Wat kan ik zo snel opmerken? Wel, het enkelvoudige is een abstractie. Net als termen als "roodheid".

Het rood van mijn fiets is in concreto verre van enkelvoudig. Miljoenen fotonen kletteren op de pigmenten aan de buitenkant van mijn fiets en vliegen in mijn ogen waar enzovoort. Een complex samenspel.

En substanties? Substanties in metafysisch taalgebruik? Nee, dat zijn entiteiten die we niet moeten aannemen.

Laten we deze zondag maar beginnen met een beetje Hume. Kijken welke oude filosofische begrippen de afvalbak in kunnen. :) Wat denk je zelf? En over het zelf?

JanD zei

Beste Jan Auke

Ik was van plan nooit meer hier te schrijven: niemand snapt me.
Maar jouw "op de punt van een naald" vind ik wel weer leuk.
Volgens mij dansen er 256.398.003,751 engelen op behalve bij de zonsverduistering dan zijn het er slechts 355/113 engelen misschien kan het nog wel veel ppm's afwijken. (grapje moet kunnen)

Je gaat van logisch denken, abstracties, eigenschappen en qualia naar één enkele quale. Om dan, volgens mij dan, in een dol draaiende denk carrousel te belanden. Terwijl ik van qualia, waarnemen en schoonheid naar levende verwondering ga. Ieder zijn eigen belangstelling. :-) Jij de botten, ik de lucht.

Wat betreft Erik Verlinde heb ik begrepen dat hij de oerknal vreemd vindt omdat dan "iets" uit "niets" ontstaat. Terwijl hij een fluctuatie van de nulpuntsenergie meer voor de hand vindt liggen. (dus toch een ontologie) Zijn broer Herman verwijst naar de film The Matrix. (maar voorzichtig natuurlijk)

groetjes van JanD.

Jan-Auke Riemersma zei

JanD, het is niet mijn bedoeling om je de aardigheid van het denken en 'knutselen' met ideeën te ontnemen! Integendeel! Kortom, laat je niet ontmoedigen en volg eenvoudigweg je eigen pad.

Overigens vind ik het vaak oprecht moeilijk inderdaad om je te volgen (maar dat heb ik ook wel bij andere scribenten hoor). Een en ander heeft ook zeker te maken met je 'springerige' denktrant, waarbij je vaak woorden en begrippen gebruikt in een betekenis die mij onbekend is.

De these van de 'leegheid' (emptiness) vind ik bijzonder interessant; het is een inzicht dat ik wel degelijk ernstig neem. Ik probeer het concept/denkbeeld te doorgronden, maar dat kost me de nodige moeite. Zodra ik enige greep op dit denkbeeld heb, zal ik proberen om er over te schrijven.

Jan-Auke Riemersma zei

RV, je schrijft: [Nee, dat zijn entiteiten die we niet moeten aannemen.]

Wie is 'we' en waarom vindt 'we' dat we deze niet moeten aannemen?

Hume meende dat ideeën die je niet kunt waarnemen in de prullenbak moeten. Helaas valt er zonder inzichten en denkbeelden niets te zien. Ogen zonder hersenen zijn lege, glazen bollen. Wie de wereld wil zien, heeft een 'onzichtbaar' wereldbeeld nodig. Deze wijsheid is de vrucht van neurobiologisch onderzoek. Pace Hume. (In moderne filosofische terminologie: geen enkele theorie kan (volledig) gedekt worden door de waarneming (onderdeterminatie)).

Bert Morriën zei

Jan-Auke,

[We geloven dat deze eigenschappen 'in' een substantie zitten. De dingen in de wereld bestaan uit 'stof' plus 'eigenschappen'.]

Wie zijn 'we' die dat geloven? Ik geloof dat alvast niet.
RV had het over fotonen en pigmenten en dat het niet eenvoudig was.
Dat mensen het over kleuren hebben is omdat dit hun mentale interpretatie is van bepaalde actiepotentialen afkomstig van een drietal verschillende soorten fotoreceptoren in het netvlies met specifieke gevoeligheden voor bepaalde foton-energieën ofwel elektromagnetische frequenties (reciproke frequenties).

In feite zijn alle eigenschappen die wij kennen interpretaties van zintuiglijke informatie.

Newton verkreeg met behulp van een prisma een kleurenspectrum van zonlicht. Toen hij daarin de temperatuurverdeling onderzocht ontdekte dat thermometers ook nog gevoelig waren voor iets wat buiten dat spectrum lag.
Wat grenst aan het rood c.q. violet noemen wij infrarood c.q. ultraviolet. Dat zijn geen kleuren maar het zijn wederom interpretaties van wat die thermometers ons vertelden.
Sinsdien hebben
fysici met andere meetinstrumenten ontdekt dat het elektromagnetische spectrum zich nog zeer veel verder uitstrekt dan Newton kon bevroeden. Van alles vernielende gammastraling tot subtiele langgolvige radiostraling in de kosmische achtergrondstraling met een temperatuur van 2,7 ° Kelvin.

Samenvattend kennen wij eigenschappen toe aan onderscheidbare waargenomen fenomenen; dat zijn onze meest redelijke interpretaties van die waarnemingen.

De vraag of fotonen en elektronen echt bestaan is even onzinnig als de vraag of waarnemingen of ervaringen bestaan. Fotonen en elektronen hebben ons niet nodig om hun bestaan aan te tonen. Ze manifesteren zichzelf overal en in alles en laten ook nog hun sporen na.
De gedachte dat wij fotonen en elektronen bedacht zouden hebben terwijl wijzelf structuren zijn die uit dergelijke elementen zijn opgebouwd is even belachelijk als arrogant.

Intussen beschouw ik mijzelf als mijn interpretatie van wat mijn zintuigen van mijzelf laten zien. Knijp nog maar eens in je arm en zeg mij wat je daarbij ervaart en hoe je die ervaring interpreteert.

RV zei

Hume en verder

Natuurlijk ben ook ik van mening dat de geest niet louter een waarnemingsapparaat is. Integendeel. De geest is veel en veel meer. Onder andere de verzinner van allerlei algemene concepten. Daarnaast heeft onze geest ook de potentie om kritisch rationeel te kijken naar al die grote, grootse concepten. Bijvoorbeeld naar het concept "enkelvoudigheid", dat toch iets anders is dan "eenvoud".

Mijns inziens is het zogeheten logisch atomisme, te weten het filosofisch wereldbeeld dat de wereld au fond bestaat uit enkelvoudige dingetjes, niet geheel en al logisch. Mede omdat zo'n enkelvoudig dingetje de potentie in zich heeft om zich te verbinden met andere enkelvoudige dingetjes. Beter lijkt mij om elk atomisme in te ruilen tegen een soort ontologisch complexisme, dat dan wel weer alle eenvoud mist waarnaar velen op zoek zijn.

Goed, dat zijn mijn overwegingen. En overwegingen staan open voor debat. Maar in elk geval ben ik van mening, denk ik, dat een ontologie toch logisch in elkaar moet zitten. En hier gaan wellicht onze wegen toch enigszins uit elkaar. Een ontologie als zijnde een antwoord op de metafysische hoofdvraag dient mijns inzien een ontologica te zijn. Maar ja, ik ben ik en geen wij. :)

Natuurlijk dient JanD vrolijk verder te gaan met zijn geknutsel. En dat "geknutsel" is geenszins denigrerend bedoeld. Filosofen knutselen met concepten. Maar zeg ik er wel bij, kijk uit voor luchtarchitectuur. Voor je het weet, zijn luchtbogen meer lucht en leegte dan boog.

Bert Morriën zei

Jan-Auke,

Errata
Excuus voor deze slordigheden in mijn reactie van 27 mei 2024 om 09:38.

"ontdekte dat thermometers" -> "ontdekte hij dat thermometers"

"reciproke frequenties"-> "reciproke golflengtes"

JanD zei

Jan Auke

Bedankt voor jouw reactie van. 27 mei 2024 om 07:23
Ik denk dat 'leegheid' (emptiness) niet met denken is te doorgronden.

groet van JanD

JanD zei

Jan Auke 27 mei 2024 om 07:32

Wanneer men spreekt over zwartgalligheid heeft men het tegenwoordig over een psychische toestand. Men denkt niet aan zwarte gal.
Vaak wanneer men spreekt over DNA heeft men het tegenwoordig over erfelijkheid. Men denkt niet aan informatie van eiwitten.

Als je schrijft: Ogen zonder hersenen zijn lege, glazen bollen. Dan bedoel je eigenlijk: ogen zonder waarneming. Zwarte gal, DNA en hersenen zijn verklaringen hoe iets werkt. Die verklaringen willen nog wel eens veranderen. ;-)

RV zei

Verklaringen

Verklaringen veranderen in de regel niet radicaal maar ze worden dikwijls complexer.

Ik heb moeite met het begrip informatie, vooral uit monden van leken. Maar vooruit, desnoods wil ik er wel aan dat eiwitten informeren, zij het slechts over zichzelf en dan nog slechts in metaforische zin. Elk eiwit is een specifiek puzzelstukje en past aldus wel of niet in de rest van een puzzeltje.

Eigenlijk begrijp ik niets van JanD"s laatste opmerking. Ik zou zeggen: geachte JanD, verklaar je nader. :)

Bert Morriën zei

RV,

[Natuurlijk ben ook ik van mening dat de geest niet louter een waarnemingsapparaat is.]

We hebben het nog steeds over een geest alsof het iets onstoffelijks is.
We weten dat het een zeer complexe entiteit is. Voor ons lijkt die dominant omdat wij onze geest alleen bij vol bewustzijn ervaren.
Bewusteloosheid is voor ons net zo onkenbaar als de dood.

De dominantie van de geest is misplaatst omdat ons lichaam is begonnen zonder geest en nog steeds vaak zonder die geest zijn werk doet, niet alleen voor het lichamelijke onderhoud en niet niet alleen tijdens een droomloze slaap maar ook als wij helemaal opgaan in onze bezigheden en onszelf daarbij vergeten omdat gedachten alleen maar afleiden.

Het is juist het onderbewuste wat patronen herkent in de data die onze zintuigen produceren en zonodig onze
motoriek bedient voor ons lijfsbehoud.
Het onderbewuste kan ook hersenprocessen op gang brengen die verdere aandacht aan patronen geven.

Die hersenprocessen kunnen onderscheiden of een patroon betrekking heeft op ons eigen lijf en dat levert gaandeweg een abstract gezichtspunt op van ons lichaam wat wij onze geest noemen.

Die geest is staat ons onderbewuste te leren om beter met ons lichaam om te gaan zodat we ons meer doelgericht kunnen gedragen zonder dat daar bewuste aandacht voor nodig is. Zo leren we niet alleen dingen als lopen, eten, ontlasten fietsen en autorijden maar ook hoe we van taal gebruik kunnen maken om met anderen -en onszelf- te communiceren.

Taal in ons denken wordt iets vanzelfsprekends, we gebruiken de ene na de andere zin in ons denken, spreken, luisteren, schrijven en lezen zonder ons druk te hoeven maken over wat daar allemaal voor nodig is omdat we ons onderbewuste dat allemaal geleerd hebben.

Intussen wordt onze geest nog steeds bestookt met intuities, dromen en andere informatie waar we misschien iets mee kunnen als wetenschapper, filosoof, kunstenaar, cabaretier, of (religieus) gelovige.

Wetenschap probeert de meest redelijke interpretatie van die gegevens te vinden door die experimenteel te toetsen.
Filosofen lijken zich meer met logische implicaties bezig te houden maar dat leidt vaak tot tegenstrijdige opvattingen.
Dat geldt in het bijzonder voor religieuze gelovigen.
Vul maar aan met wat je er zelf van maakt.

Kunstmatige intelligenties werken ongeveer hetzelfde als ons onderbewuste maar die missen tot dusver een geest die wakker gemaakt kan worden. Voorlopig maken ze hooguit mensen wakker en die moeten dan het kaf van het koren scheiden alsof het intuïties zijn.

RV zei

Beste Bert

Ik zie filosofie min of meer als reflecterende en zichzelf reflecterende algemene wetenschap.

Nu kunnen in het algemeen de wetenschappen het prima zonder substantiële bemoeienis van de filosofie, al blijft natuurlijk wetenschapsfilosofie zeer boeiend.

Filosofie dient zich wel inhoudelijk te bemoeien met de geestwetenschap. En dat doet ze dan ook. En geestwetenschappers laten zich ook inspireren door filosofen.

Wat zijn de mechanismes achter ons bewustzijn? Inderdaad, je kaartte die vraag op verstandige wijze aan. Een andere vraag is: hoe ontstaan vragen, wetenschap en zelfs logica in onze geest? En wat is de rol van emoties, van lusten en onlusten? Kortom, filosofische psychologie, stevig verankerd in academische psychologie zoals de cognitiewetenschap.

Uiteraard is ons bewustzijn door en door stoffelijk. Eenvoudig gezegd, ons bewustzijn is een soort software die draait, actief is, op hardware en hardware is altijd stoffelijk. Specifieke hardware in een bepaalde dynamische toestand is concrete software.

De hypothese dat er zoiets als een onstoffelijk bewustzijn is, valt niet op rationele wijze te onderbouwen. Wel op sentimentele wijze maar dat is natuurlijk ondeugdelijk. Filosofen echter dienen niet blind te varen op sentimenten. Wel dienen ze te erkennen dat er allerlei sentimenten bestaan. Maar dat is iets anders dan ze te onderschrijven of zelfs voor te schrijven.

Me dunkt dat Dennett het tamelijk bij het rechte eind heeft.

Juist omdat de visie van een JanD zoveel verschilt van de mijne, is zijn visie alleszins de moeite waard om te bestuderen. Ook zijn visie zegt al met al veel over de mogelijke werkingen van onze geest. Helaas begrijp ik lang niet altijd wat JanD schrijft. Voor hemzelf is het wellicht helder, voor mij echter dikwijls duister, hetgeen natuurlijk aan mij ligt want mijn kennis is niet alomvattend, verre van dat.

JanD zei

R.V.

Je schrijft: "Ik heb moeite met het begrip informatie, vooral uit monden van leken." Dan zal je wel erg veel moeite hebben met de woorden die uit je eigen mond komen. Voor jou als leek is zwijgen als goud dat er blinkt.

Maar helaas je maakt opmerkingen als "eiwitten informeren slechts in metaforische zin over zichzelf en elk eiwit is een specifiek puzzelstukje" moet ik als erkende deskundige in mijn technische loopbaan op informatica gebied, helaas beoordelen als volslagen quatch.

Men denkt niet bij DNA aan informatie van eiwitten maar aan erfelijkheid, schreef ik. Voorbeeld: als men zegt: "Dat hij zo muzikaal is, zit in zijn DNA" bedoelt men echt niet de informatie die gecodeerd is in desoxyribonucleïnezuur (=DNA) met biochemische basisparen die voor de synthese van eiwit dienen. En de wetenschappelijke vraag is, of DNA wel de complete informatie levert die nodig is voor erfelijkheid.

Je schrijft "Eigenlijk begrijp ik niets van JanD"s laatste opmerking. Ik zou zeggen: geachte JanD, verklaar je nader. :) "
Die laatste opmerking van mij is citaat:
"Zwarte gal, DNA en hersenen zijn verklaringen hoe iets werkt. Die verklaringen willen nog wel eens veranderen. ;-) "
voorbeeld:
In de tijd van de humorenleer was de verklaring voor neerslachtigheid de "zwarte gal" (groenige of geelbruine gal in de galblaas) , en tegenwoordig vaak de nurture en nature. De verklaring is dus veranderd, maar de aanduiding niet die is dus "zwartgallig" gebleven.

De verklaring van erfelijkheid in "het is het dna" heb ik al behandeld. En wat betreft de hersenen is het de opvatting van de naturalisten dat daar de waarneming plaats vindt. En los van het feit of die verklaring waar is of niet wijs ik impliciet JanR op het feit dat zijn taalgebruik (voor mij althans) niet "sociaal" genoeg is. Hij heeft het over het zien, het waarnemen, maar in plaats daarvan valt hij terug op het vermeende werkingsmechanisme van de hersenen. Hij gebruikt dan het argument van de neurosofen, maar vergeet de tegenargumentatie van Arnold Ziegelaar in zijn boek: Oorspronkelijk bewustzijn.

Ik heb de indruk dat je het niet allemaal zo goed snapt R.V., ik denk dat je een informatie achterstand hebt.

Met vriendelijke groet van JanD

JanD zei

sorry, over DNA. Het zijn geen basis paren (typfoutje) maar basen paren. Alhoewel die dus wel als basis dienen voor de genetische informatie. Die informatie is dus geenszins metaforisch zoals R.V. schrijft, en kan gewoon in een databank opgeslagen worden.

Bert Morriën zei

RV,

[hoe ontstaan vragen, wetenschap en zelfs logica in onze geest? En wat is de rol van emoties, van lusten en onlusten?]

Goeie vragen maar iemand die daar een zinnig antwoord op wil geven moet minstens over wetenschappelijk verantwoorde kennis beschikken.

Er is veel mentale vrijheid als je niet wordt beperkt door hoe de dingen werkelijk werken, ook al heb je gemerkt dat je vrijheid wordt belemmerd door allerlei praktische beperkingen die je dus feitelijk negeert.
Vrijdenkers zijn minder vrij dan ze denken.

Iedereen komt aan het eind van zijn latijn en de geschiedenis leert wat daar van overblijft.
Gelukkig blijkt de meeste onzin niet tegen de tijd opgewassen hoewel sommige overtuigingen hardnekkig zijn, niet omdat ze wetenschappelijk verantwoord zijn maar omdat ze door minderheden met een zekere mate van geweld worden afgedwongen.
Hoe je daarmee om moet gaan is een groot onopgelost probleem. Dreigen met ultiem geweld lijkt te werken tenzij die minderheden daar ook over kunnen beschikken.

Wetenschap noch filosofie heeft daar een antwoord op en religie al helemaal niet als die zijn heil zoekt in iets wat niet van deze wereld is.

JanD zei

R.V. schreef: "Wat zijn de mechanismes achter ons bewustzijn?

De gedachte doemt op aan de automonteur die geconcentreerd is en opgaat in het mechanisch binnenste van zijn eigen auto, het bewustzijn zoekt van zichzelf: hij en zijn auto zijn één. Hij kan het niet vinden omdat hij zelf in de mechanismen zit en niet op de bestuurdersplaats.

Er is geen objectiviteit zonder waarnemend bewustzijn. Heeft het zin te vragen naar dat waar geen antwoord op mogelijk is? Het ziende oog kan het kijkende oog niet zien. Wanneer zij elkaar spiegelen verdwijnt het eeuwige niet-zijn in een eeuwige oneindigheid van kleuren en vormen.

Voor de twijfelaars: richt de camera op het beeld wat de camera genereert, of neem de cellulaire automaat met recursie, of zie steeds diepere fractalbeelden uit niets ontstaan. En uitsluitend voor informatici: zorg dat je niet vast komt te zitten in een reentrance routine (zoals Neo in the Matrix) wanneer de beginvoorwaarden niet zuiver zijn. (de schaduw wereld van de Demiurg in de gnostische mythe van Sophia) Sorry Jan Auke, ik was weer erg a-sociaal. Lekker veel gezegd met relatief weinig woorden.

Bert Morriën zei

JanD,

[Het ziende oog kan het kijkende oog niet zien. ]

Op het eerste gezicht een pakkende zin maar je bedoelt waarschijnlijk het verschil tussen het actieve kijken en het passieve bekeken worden als je in je mentale spiegel kijkt.
Het aardige is juist dat het eerste wel degelijk het tweede ziet, althans dat dit een volkomen logische en onontkoombare interpretatie is van de agent die hier de actieve rol speelt.
De eenvoudige oplossing is dat het organisme wat die agent vormt hier tevens het object is, althans het deel wat de agent daarvan ziet.

Anders gezegd: bij bewustzijn kan een organisme niet meer ontkennen dat het zichzelf op velerlei wijzen ziet omdat dit het overtuigende bewijs is dat het zelf iets is. Het is voor het organisme zelf gewoon een objectief bewijs.
Daarbuiten is het een subjectief bewijs dat zijn geloofwaardigheid alleen maar kan ontlenen aan de vele overeenkomsten wat andere -oppervlakkig gelijkvormige- organismen daarover rapporteren.

De vergelijking met lussen van zichzelf opnemende camera's en wat je nog meer noemde gaat niet op omdat die niets geloofwaardigs rapporteren.
Een fractal is zelfs niet eens in staat tot activiteit, daarvoor heeft het een andere agent nodig.

Jouw pakkende zin is dus gewoon niet waar.

PS
Een formule zoals een fractal is dus geen agent.
Voor mij is een God dat ook niet omdat die enerzijds niets geloofwaardigs rapporteert en anderzijds anderen nodig heeft om zich te manifesteren.
God is dermate onduidelijk geformuleerd dat het geen wonder is dat wat mensen daarover rapporteren allerlei tegenstrijdigheden oplevert.
Ik vind dat allemaal prima want daar ga ik niet over.

RV zei

Waarnemen

Directe zelfwaarneming is natuurlijk moeilijk. Je kunt met je eigen ogen je eigen ogen niet zien. Tenzij je gebruik maakt van een spiegel. Welnu, je kunt je eigen geest bestuderen door middel van een soort spiegel. En die soort spiegel is een theoretische algemene mens, de mens, te construeren. Een idealtype, zou de socioloog Max Weber zeggen. Filosofen en psychologen doen niets anders en beseffen daarbij dat het gaat om een soort abstractie.

We denken en voelen met onze hersenen. Welnu, hersenen zijn te bestuderen. En worden dan ook bestudeerd.

Achter onze bewuste taal ligt een rijk complex aan mechanismes. De taalkunde bestudeert ze. Wat betekenen onze innerlijke en uiterlijke taaluitingen? Hoe verbinden we het ene woord aan het andere? Waarom zijn bepaalde combinaties min of meer verboden? Bijvoorbeeld: kat de lopen twee.

Het lijkt een beetje erop dat JanD huivert van een studie van onze geest met zijn bewuste en onbewuste gedachtes. Vanwaar die huivering, zo vraag ik mij af? Bang voor een ontnuchtering?

JanD zei

Bert en R.V.

Het ziende oog kan het kijkende oog niet zien.
Zoals geschreven bedoel ik: er is geen objectiviteit zonder waarnemend bewustzijn.
Dus is alles subjectief.
In een subjectief opzicht projecteert het kijkende oog de werkelijkheid. En het kijkende oog ziet de projectie maar niet de projector(dat is dus het kijkende oog)

Dus Bert en R.V. jullie hebben me helaas niet gesnapt.
Het ging over: " Wat zijn de mechanismes achter ons bewustzijn? "
En ik schreef: "Wanneer zij [het ziende en het kijkende] elkaar spiegelen verdwijnt het eeuwige niet-zijn in een eeuwige oneindigheid van kleuren en vormen.

Denk daar maar over na.

Een hint: het niet-zijn bevindt zich in ieder geval niet in de tijd!
Dan is de formule van de fractal en zelfs god niet "actief" bestaand: activiteit impliceert namelijk tijd.
Dus Bert: jouw "agent" is de tijd zelf! Die doet prachtige fractal beelden ontstaan! Gewoon door zelfreferentie. Net zoals de "stoffelijke" wereld door emanatie ontstaat uit god en dus god is. Of technische gezien uit de fluctuaties van de nulpuntsenergie. Als de tijd stilstaat is die namelijk nul en dus niet bestaand! hihi

Even buiten de box denken !

groetjes.

r.v. Ben je weer aan het projecteren? Ik ben ook zo zuiver als een schone spiegel.

JanD zei

Och als ik het terug lees, denk ik dat ik weer onduidelijk ben geweest. Sorry.

Een oog dat projecteert, dat is natuurlijk belachelijk voor de hedendaagse mens.
Omdat de meeste mensen in de fysica en de fysiologie geloven: en dat geloof maakt het werkelijk. Dat geloof is overheersend machtig vanwege de grote aantallen mensen die dat al gedurende eeuwen zo denken.

In het idealistisch filosofisch model gaat men daar van uit. Het objectief idealistisch model vind ik realistisch en logisch: iets is waar als een waarnemend bewustzijn er waarheid aan toekent. Dat wijkt af van het solipsisme. Daar gaat men uit van het bewustzijn van één mens.

In het 'objectief' idealisme gaat het om een waarnemend bewustzijn: en dat is dus helemaal anders. Ieder mens is in bewustzijnsopzicht bepaald door vele soorten bewustzijn, niet alleen door het persoonlijke rationele bewustzijn, ook door het bewustzijn van de groep waarin men leeft: het belongingness. En in panpsychisch opzicht ook door het dierlijk bewustzijn, driften, emoties enz enz.

Vandaar ook dat het lichaam van een mens als het het raam uit wil vliegen*, toch naar beneden valt. Het "stoffelijk" bewustzijn wordt beheerst door zijn gewoonten die al miljarden jaren bestaan. En die vaste gewoonten van de "stof" worden in wetten gegoten door materialisten.

Ik hoop dat ik me nu voldoende duidelijk heb gemaakt.

*uit het raam vliegen door invloed van LSD op het bewustzijn.

Met vriendelijke groet van JanD

p.s. het placebo effect van pillen enz heeft dus een beperkte bewustzijns "range"